Stopwoordjes zijn vooral berucht in spreektaal, maar ook in geschreven teksten kunnen ze een struikelblok vormen. Dat wil zeggen: ergernis oproepen. Denk daarbij niet alleen aan de klassieke stopwoordjes die iedereen wel herkent, zoals ‘zeg maar’, ‘inderdaad’ en ‘weet je’. Maar ook aan woorden die je vaak herhaalt, zoals ‘heel’, ’erg’ en ‘veel’ en aan modewoorden die misschien over een paar jaar gedateerd zijn. Zeker in drukwerk moet je dat niet hebben.
Je kunt dan natuurlijk een redacteur inschakelen om een priemende blik op je teksten te werpen, maar je kunt je stopwoordjes ook zelf leren herkennen. En als je ze eenmaal herkent kun je met de snoeischaar aan de slag: laat je ze staan of haal je ze eruit?
Hoe herken je stopwoordjes bij jezelf?
1 Let eens een paar dagen op hoe je praat
De kans is groot dat de stopwoordjes die je in het dagelijks leven gebruikt opduiken in je teksten. Als je een paar dagen let op woorden die je jezelf steeds hoort zeggen, krijg je ook beter zicht op waar je op papier op moet letten.
Een voorbeeld van een zin die ik een paar jaar geleden kan hebben gezegd: We zijn zeg maar helemaal over het strand naar huis gelopen, zeg maar.
Oei.
Toen ik dat doorkreeg ben ik er actief op gaan letten en iedere keer dat ik een ‘zeg maar’ voelde opkomen heb ik die neiging hardhandig onderdrukt. En dat werkte!
2 Vraag anderen om hulp
Bovenstaande tip is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan (pun not intended). Het is daarom slim om aan anderen te vragen om te letten op welke stopwoordjes jij gebruikt. Waarschijnlijk krijg je woorden te horen waar je zelf nog niet eens aan had gedacht.
3 Hou je persoonlijke stopwoordenlijstje bij
Met behulp van de opmerkzaamheid van jezelf en anderen kun je een lijstje samenstellen met stopwoordjes die je vaak gebruikt. Door ze op te schrijven en er af en toe een blik op te werpen ga je ze vanzelf minder gebruiken.
4 Zoekfunctie tekstverwerker
Aan de hand van dat lijstje (of de lijst hieronder) kun je kijken hoe vaak bepaalde woorden in je tekst voorkomen. In een blog van 500-800 woorden is vijf keer ‘veel’ of ‘heel’ eh, ja… te veel. Deze kwantificerende woorden kun je vaak weglaten zonder afbreuk te doen aan de inhoud van de tekst. Het maakt je tekst zelfs sterker.
Ook als dezelfde woorden regelmatig kort op elkaar worden gebruikt kun je er best flink in gaan strepen. Hierbij geldt: hij specifieker het woord, hoe minder vaak je het kunt herhalen voor het op gaat vallen.
Oké, hoe werkt die snoeischaar dan precies?
Als je de stopwoordjes hebt opgespoord en (heel toepasselijk nu in deze tijd) in quarantaine hebt geplaatst, moet je per stuk gaan uitvogelen wat je ermee gaat doen. Voor jou voelen ze waarschijnlijk vertrouwd en dus niet overbodig, maar vraag je bij iedere zin af of het woord een functie heeft of puur ter decoratie dient. In dat eerste geval kun je ze laten staan, tenzij je dan te veel herhaling krijgt. En in het laatste geval zou ik de schaar erin zetten en afscheid nemen.
Niet-stopwoorden en herhaling
Op papier kan een niet-stopwoord een stopwoord worden, omdat we taal anders gebruiken als we schrijven. Denk aan een ‘normaal’ woord als ‘helemaal’, ‘plotseling’, ’tegelijkertijd’ en ’terwijl’ dat ineens vijf keer in één alinea staat. Dat wil je liever niet. Controleer daarom bij belangrijke teksten of je bepaalde woorden niet te vaak herhaalt. Dat kun je doen door de tekst hardop voor te lezen.
Stopwoordgerelateerd taalgebruik: hedging
Dan is er nog stopwoordgerelateerd taalgebruik dat je minder makkelijk herkent bij jezelf: hedging. Dit staat bekend als een typisch ‘vrouwending’ en al heb een hekel aan ‘vrouwendingen’ (ik geloof er niet zo in), dit is er dus wel een: hedging. (Overigens niet mijn mening, maar wetenschappelijk onderbouwd.) Hedging is het gebruik van vulwoorden in je zin. Het is een manier waarop veel vrouwen spreken en waarbij je je boodschap zo verpakt dat hij lekker zacht landt. Je dekt jezelf dus in. Het werkt conflictvermijdend, maar daardoor kan het ook miscommunicatie in de hand werken. Ook mannen hedgen, maar die doen dat op een andere manier en minder veelvuldig dan vrouwen.
Mogelijke onderliggende redenen om te hedgen:
- Korte zinnen kunnen kortaf of hard overkomen en met vulwoorden omzeil je dat probleem.
- Niet stellig willen overkomen (ook al weet je iets zeker).
- Aardig gevonden willen worden.
- Uit beleefdheid.
- Vragen om goedkeuring (hè, toch, vind je niet) of twijfel uitdrukken.
Twee voorbeelden:
Voorbeeld 1: Ik ben een beetje depressief
Als je simpelweg zegt ‘ik ben depressief’ dan is dat een schokkende uitspraak. Je zet daarmee je gesprekspartner voor het blok, want hoe moet hij daarop reageren? Niet te lichtvaardig, maar ook niet te zwaar. Door je uitspraak af te zwakken, maak je het de ander makkelijker. Maar je maakt het ook moeilijker voor jezelf, want je wordt minder serieus genomen. Je zwakt het probleem af. Nu is dit een vrij zwart-wit voorbeeld, maar hierin zijn natuurlijk vele gradaties en nuances te vinden.
Voorbeeld 2: Best wel heel intens
Dit is eigenlijk een combinatie van hedging en stopwoordjes. Met de ‘best wel’ zwak je het ‘intens’ af, maar met het ‘heel’ zet je het vervolgens weer kracht bij. Zowel voor je gesprekspartner als voor je lezer is dat verwarrend. Moet hij reageren op ‘intens’ of op ‘best wel’?
Stopwoordjes en al hun trawanten zijn dus het kwaad zelf!
Nu lijkt het net of stopwoordjes, herhaling en hedging het kwaad zelf zijn, maar dat is natuurlijk niet zo! Ze kunnen je tekst ook karakter en kleur geven. Hetzelfde geldt voor personages in een roman, maar dan moet je wel bewust zijn van de stopwoordjes en het hedge-gedrag van je personages, zodat ze niet allemaal net als jij praten en daardoor allemaal hetzelfde worden.
Door daarnaast je mannelijke personages niet te veel te laten hedgen creëer je een interessante wisselwerking van verschillende perspectieven. In het wild zijn hedgende mannen namelijk een stuk zeldzamer dan in boeken die door vrouwen zijn geschreven. Dan struikel je er bijna over. Bewustzijn is dus het sleutelwoord.
Veelvoorkomende stopwoordjes en hedgetermen:
-achtig
Absoluut
Als het ware
Als in
Best wel
Denk ik
Echt
Echt hè
Een beetje
Eh/uh
Eigenlijk
Enorm
En zo
Erg
Gewoon
Hè
Heel
Inderdaad
In principe
Je weet wel
Letterlijk
Maar ja
Misschien
Natuurlijk
Nou ja
Of zo
Of zoiets
Oké
Om eerlijk te zijn
Ongeveer
Op zich
Serieus
Soort van
Sorry
Sowieso
Super-(leuk/vreemd/stom/gek)
Tja
Toch
Überhaupt
Veel
Vreselijk (leuk/veel/aardig)
Vrij
Volgens mij
Wat (in de betekenis ‘een beetje’)
Weet je
Weet je wel
Wel
Zeer
Zeg maar
Zelfs
Zoiets als
Waarschijnlijk ben ik er nog een heleboel vergeten. Welke stopwoordjes gebruik jij of mensen in jouw omgeving? Laat het weten, dan voeg ik ze toe aan de lijst!
Schrijf ze!
Verder lezen
Voorkom deze 8 veelgemaakte fouten van beginnende schrijvers!
Hoe overwin je writer’s block bij zakelijke teksten?
In 5 stappen de ideale tekst voor jouw bedrijf
Ish en achtig: onzekerheid in taal morfologisch opgelost (Milfje Meulskens)
3 reacties op “Stopwoordjes: hoe herken je ze en wat moet je ermee doen?”
Meest irritante woorden 2020:
Zeg maar
Tegelijktertijd
Helemaal mee eens! Al zijn alle woorden die te veel worden herhaald irritant.
Stopwoordjes zijn best irritant inderdaad, maar soms hebben ze ook daadwerkelijk een functie. Desalniettemin ga ik er nu beter op letten na dit artikel!